Wat dunkt u van de Christus? – Bettex

Wat dunkt u van de Christus? – Prof. F. Bettex – vierde druk – 1923

Wat dunkt u van de Christus?

“Christus is God, omdat allen die hem erkend hebben, hem als zodanig hebben erkend en beleden.”

In dit kleine boek van schrijver F. Bettex (1837 – 1915) (108 pag.) is dat een van de geloofversterkende antwoorden op de in ouderwets Nederlands gestelde vraag: “Wat dunkt u van de Christus? Wiens Zoon is Hij?”

Uiteraard laat Bettex zijn conclusie dat Christus God is, volgen door voorbeelden van “die hem als zodanig hebben erkend en beleden”. Bijvoorbeeld Johannes: “Deze Jezus (Christus) is de waarachtige God.” (1 Johannes 5 : 20)

Geloven dat de timmermanszoon God is

De oproep van Bettex is zonder twijfel te geloven dat de Here Jezus Christus waarlijk God is. Met iets dat minder is, zoals helaas zo vaak gebeurt, zouden wij niet instemmen, omdat God Zelf daar geen genoegen mee neemt. Bettex:

“Indien gij evenwel het niet kunt geloven, dat deze timmermanszoon God is van alle eeuwigheid, laat hem dan geheel voor wat hij is. Zeg niet: ik wil hem graag als een groot leraar, een voorbeeld, als de beste mens eren en liefhebben. Daarmede doet gij hem geen dienst.”

“Zo zijn wij nog in onze zonden”

Bettex windt er geen doekjes om hoe belangrijk het is dat de mens – als schepping Gods – erkent (gelooft) dat de Christus God is. Hij schrijft: “Onderzoeken wij dus ons zelf, of wij in de opgestane Christus geloven! Indien niet, zo zijn wij nog in onze zonden.”

Het ligt dus geheel aan ons zelf of wij nog “in onze zonden zijn” of niet. Of wij voor eeuwig verloren gaan of voor eeuwig behouden zijn. De sleutel ligt bij ons individuele antwoord op de vraag “Wat dunkt u van de Christus?” Erkennen wij Hem als God, De Enige die bij machte is ons het Nieuwe Leven in Christus – geheel alleen uit Zijn Genade – te geven?

Komen wij tot persoonlijk geloof in de opgestane Heer en Heiland? Zeggen wij de apostel Petrus na: “En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden.” (Handelingen 4 : 12)

Ons begrijpen zou niet de maatstaf zijn

Bettex wijst er op dat hetgeen Goddelijk is, voor ons mensen niet te bevatten is. Ons verstand, ons begrijpen, zou dus niet de maatstaf zijn:

Wanneer het deze God, zoals Hij zelf zegt, behaagt neder te dalen in zijn schepping, om deze met zich zelf te verzoenen, wilt gij dan, kleine zandkorrel en atoom in het heelal, Hem voorschrijven hoe Hij dat doen moet, om voor uw verstand begrijpelijk te zijn; waagt gij het zelfs uit te roepen: “Dat kan niet, God kan niet!” Laat dat toch! Erken liever, dat hier geen sprake is van een gewone zaak in de wereld der eindige dingen, die met het verstand begrepen en geoordeeld wordt. Wanneer een God mens wordt, de Schepper schepsel, dan gaat dat van zelf ons verstand, ons begrip ver te boven. Indien wij het vatten konden, indien wij het “hoe” konden begrijpen, dan was het geen goddelijke daad meer. Dan ware het volkomen ongelooflijk, want een God, die ik begrijpen kan, zou precies zo klein, zo eindig, zo beperkt zijn als ik, d.w.z. hij was geen God. Maar hier is een mysterie, ja, het mysterie van alle mysteriën! In de hemel der hemelen is geen groter, het wordt met het hart geloofd, en met het geestesoog aanschouwd!

Het komt op geloof aan

Geheel in overeenstemming met alles wat God ons in Zijn Woord de Bijbel toont, gaat het om geloof. Bettex stelt vast dat God Zijn Woord op zo’n manier gegeven heeft, dat het op geloof aan komt. Want geloven in “wat Hij gesproken heeft” is de enige manier waarop het schepsel God kan dienen. Alleen zo eert de kleine mens die Grote God. Alles anders is God tot leugenaar maken. Bettex:

Het zou natuurlijk voor God een gemakkelijk ding zijn geweest, alles wat op Christus betrekking heeft in zulk een helder licht te plaatsen, met zulke onomstotelijke bewijzen te omringen, dat de mensen er evenmin aan twijfelen konden als daaraan dat 2 x 2 = 4 is. Maar waar zou dan het geloof gebleven zijn? Het enige, waarmee de mens God eren kan is, dat hij zonder bewijs, zonder dat hij alles begrijpt, gelooft, dat God zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat een ieder, die in hem gelooft, niet verderve maar het eeuwige leven hebbe. Wie dat gelooft, ook zonder dat hij het begrijpt, eert God en God zal hem eenmaal eren. Wie daarentegen zegt: zolang ik het niet begrijp en er met mijn verstand niet bij kan, kan ik het ook niet geloven, maakt God tot een leugenaar, omdat hij niet gelooft het getuigenis dat God getuigd heeft van zijnen Zoon. (1 Johannes 5 : 10)


.


Stichting Vlichthus

Stichting Vlichthus hecht er grote waarde aan dat deze uitgave bewaard blijft én nog lang tot nut van veel gelovigen (en van degenen die dat willen worden) zal zijn. De spelling van dit boek is in de digitale versie enigszins aangepast aan ons huidige spelling.

.


Wat dunkt u van de Christus? – Bettex