En de daarmee in verband staande gebeurtenissen
Door H. C. Voorhoeve Jzn (1837-1901)
Deze in de 19e eeuw bekende – en wellicht nu nog – voorganger in de “Vergadering van gelovigen” schreef o.a. dit boek:
“De toekomst onzes Heeren Jezus Christus en de daarmee in verband staande gebeurtenissen”
De Vergadering van gelovigen 150 jaar geleden
Het geeft – gezien de positie van H.C. Voorhoeve – waarschijnlijk een goed beeld van wat er binnen de “Vergadering van gelovigen” op dat moment, ruim 150 jaar geleden, bekend was en verwacht werd inzake de toekomst in Gods Heilsplan.
Er worden diverse onderwerpen aangesneden in dit boek, die wij niet als zijnde “zo is het” willen aanbevelen. Maar daartoe is de digitalisering en plaatsing van dit boek op deze website ook niet bedoeld. Het is fair om het hele boek onveranderd te plaatsen, met de aanmoediging daarbij “onderzoekende dagelijks de Schriften, of deze dingen alzo waren.” (Handelingen 17 : 11)
Jezus’ spoedige wederkomst
Dit boek heeft op deze website ondermeer z’n waarde, omdat het laat zien dat er zeker gelovigen waren, uit inmiddels lang vervlogen dagen, die een duidelijk Bijbels toekomstperspectief voor ogen hadden. In zijn “voorrede” schrijft H. C. Voorhoeve o.a.:
“Het vernieuwde onderzoek, tot deze uitgave nodig, versterkte mij in mijne overtuiging, dat de aanstaande gebeurtenissen zich aldus zullen toedragen, en verkwikte mijn hart door de heerlijke belofte van Jezus’ spoedige wederkomst.” Aan het eind van zijn boek, in hoofdstuk 13, schrijft hij:
“De eerste gebeurtenis welke wij te wachten hebben, is de komst van de Heer Jezus in de lucht, om Zijn Gemeente tot zich te nemen en haar te brengen in het huis des Vaders, waar Hij haar plaats bereidde. Allen, die door Christus ontslapen zijn, worden opgewekt, en allen, die tot de komst van Jezus op aarde bleven leven, worden veranderd, en gaan dan gezamenlijk de Heer tegemoet in de lucht.”
De komst van Jezus tot opname van de Gemeente
Hoofdstuk 2 – van de 13 – heeft daarom als titel “De komst van Jezus tot opname van de Gemeente“. De levende verwachting van de “opname van de Gemeente” en de daarbij horende benaming, die ons welbekend is, vinden we dus terug in dit boek dat ruim 150 jaar oud is.
Het derde hoofdstuk heeft als titel “Het onderscheid tussen de komst van Christus tot opname der Gemeente, en Zijn verschijning met haar in heerlijkheid“. De Here Jezus, met Zijn heiligen, zal Zijn voeten zetten op de Olijfberg, weet ook Voorhoeve. Het juiste onderscheid over wat volgt in de 33 jaar daarna, ontbreekt hem echter, maar daarvoor verwijzen wij graag naar de talrijke bijbelstudies op de “Vlichthus-website”, bijbelspanorama.nl en bijbelstudie.nl.
De terugkeer van Israël naar Palestina
Hoofdstuk 9 heeft de titel “De terugkeer van Israël naar Palestina“. Naar met name dit hoofdstuk wordt bij gelegenheid door Br. Ab Klein Haneveld in zijn Bijbelstudies verwezen i.v.m. dat men ook toen uit de Bijbel concludeerde dat er een ongelovige Joodse staat in Palestina gevestigd zou gaan worden, alvorens God Zijn Plan met de twee stammen en de tien stammen zou uitvoeren. Echter was er van een naar Palestina teruggekeerd Israël in de verste verte nog geen sprake toen dit hoofdstuk geschreven werd.
Voorhoeve schrijft o.a.: “Reeds uit onze beschouwing over “de tweede komst van Christus op aarde” is gebleken, dat de Joden naar Palestina moeten terugkeren.” Vervolgens behandelt hij diverse profetieën en Schriftgedeelten die hiermee samenhangen, o.a. de bekende teksten in Ezechiël 34, 36 en 37, waarvan hij zegt: “… vinden wij opnieuw zeer duidelijke voorzeggingen aangaande Israëls aanstaande herstel.” Even verderop gevolgd door:
De doodsbeenderen krijgen eerst “vlees” en daarna “geest”
“De doodsbeenderen krijgen eerst vlees en daarna een geest; dat wil zeggen: de Israëlieten zullen zowel uitwendig als inwendig hersteld worden; zij zullen hun plaats als volk weer innemen, en tegelijkertijd een nieuw hart en een nieuwe geest bekomen. Van vers 15-28 wordt ons dan, onder het beeld van die twee houten, de vereniging van Juda met Israël voorgesteld, gelijk die plaats zal vinden bij de komst van Christus op aarde.” Voorhoeve besluit dit hoofdstuk met:
“Doch wanneer de nood op het hoogste geklommen zal zijn, en zij zich in het stof voor Jehovah zullen vernederd hebben, dan komt de Zoon des mensen met kracht en grote heerlijkheid op de wolken des hemels, vergezeld door Zijn hemelse heiligen, om Zijn vijanden te verdelgen, de antichrist te verdoen en het Romeinse rijk te vernietigen.
Dan zal Hij de gelovige Joden uit hun verdrukking verlossen, en de uitverkorenen uit Israël door Zijn engelen uit de vier winden der aarde doen bijeenvergaderen. Geheel Israël zal dan behouden worden; zij zullen allen de Heer kennen, van de kleinen tot de grote, en onder de heerlijke regering van de Messias al de hun beloofde voorrechten en zegeningen deelachtig worden.”
Een of andere zeemogendheid
In datzelfde hoofdstuk komt een voorzegging aan de orde, waarvan wij inmiddels weten wie die “een of andere zeemogendheid” is waarover gesproken wordt in Jesaja 18, namelijk Engeland. Dat land was sterk betrokken bij de ontwikkeling van een officiële staat voor de Joden in Palestina. Voorhoeve schrijft:
Uit deze profetie blijkt dus, dat de een of andere zeemogendheid de Joden naar hun land zal doen terugkeren. Welke die mogendheid zijn zal, is moeilijk te bepalen; doch zeker is het, dat die terugkeer om staatkundige redenen en geenszins om de vreze des Heeren zal bewerkstelligd worden. Aangezien Palestina de weg is van Europa naar Indië, is het zeer waarschijnlijk, dat de Joden in hun land zullen teruggebracht worden, om te voorkomen dat een der Europese natiën dit land in bezit neemt, en daardoor het gehele Oosten onder haar macht brengt.
God is alles in allen
De chileast Voorhoeve, zo blijkt uit zijn toekomstverwachting inzake “de duizend jaren”, besluit zijn schrijven inzake de “toekomst des Heeren”, na hoofdstuk 12 “De gebeurtenissen na het duizendjarig rijk”, met de woorden van Paulus uit 1 Korinthe 15 : 28:
“En wanneer Hem alle dingen zullen onderworpen zijn, dan zal ook de Zoon Zelf onderworpen worden Dien, Die Hem alle dingen onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen.“
De daarmee in verband staande gebeurtenissen
Wij zien inmiddels dat er een ongelovig Joods volk gevestigd is in het “Land des HEEREN“. Sinds 1948 bestaat de staat “Israël” en inmiddels staan ook de in de Bijbel genoemde “buurvolken”, inclusief de Filistijnen (Palestijnen), op het “toneel van Gods Heilsplan”. Ook zijn wij nu bekend met de Arabische staten, de stad Babel en de islam i.v.m. “de daarmee in verband staande gebeurtenissen“.
Dat maakt ons zicht op de aanstaande “toekomst des Heeren” een stuk eenvoudiger dan in de tijd dat Voorhoeve dit boek schreef. Daarom is onze waardering passend, want ook toen geloofde men het Woord Gods onvoorwaardelijk, inclusief de “opname van de Gemeente”. Dat is een mooi voorbeeld voor ons als basis voor de omvangrijke studie van de Bijbel over wat er “vanaf nu” gaat gebeuren in Gods Heilsplan.
.
Stichting Vlichthus
Stichting Vlichthus hecht er grote waarde aan dat deze uitgave bewaard blijft. Publicatie betekent niet automatisch dat álles in dit boek onderschreven wordt door vertaler en uitgever.
.